Contrast Radiografie
Een radiografie neemt een opname van de doorgelaten straling door het lichaam van de patiënt. Deze straling wordt door verschillende weefsels op een verschillende manier tegengehouden. Vooral dichte structuren zoals beenderen houden relatief veel straling tegen. Bij een contrast radiografie spuit men bepaalde stoffen in waarvan men weet dat ze veel straling tegenhouden, zoals barium. Dit kan erg nuttig zijn om structuren die anders niet goed zichtbaar zijn, beter te kunnen zien op de radiografie. In sommige gevallen zal men lucht inspuiten om weinig straling tegen te houden. Dit kan ook gecombineerd worden met ‘donker’ contrast. (Bron: yahwoof)